zaterdag 6 augustus 2011

Uitleg: Wat is een minnelijk traject?

Zodra je hulp zoekt bij het oplossen van schulden, doorloop je eerst een schuldhulp traject. Eerst wordt er het zogenaamde "minnelijke traject" gevolgd. Mislukt dit, dan kan er een beroep worden gedaan op de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP).

In grote lijnen verloopt het minnelijk traject als volgt;

De schuldhulpverlener inventariseert uw hulpvraag en zal daarna een stabilisatietraject met u bewandelen. Dit is nodig om te bekijken en bewerkstelligen dat u saneringsrijp wordt.

Op het moment dat u saneringsrijp bent zal men een schuldregelingsovereenkomst met u aangaan waarin gedurende 120 dagen zal moeten blijken of uw traject een kans van slagen heeft.

In veel gevallen gaat een minnelijk traject gepaard met een vorm van budgetbeheer.

De schuldhulpverlener benadert namens de schuldenaar de schuldeisers en probeert de schulden te regelen.

In de meeste gevallen biedt de schuldhulpverlener iedere schuldeiser een betaling per jaar, met een maximale termijn van 36 maanden. In sommige gevallen wordt op basis van een saneringskrediet een aanbod gedaan aan de schuldeisers. Een (krediet)bank verstrekt de schuldenaar in dit geval een bepaald bedrag, berekend op basis van de aflossing door de schuldenaar in de volgende 36 maanden. Van dit bedrag worden een aanbieding gedaan richting schuldeisers. Voordeel voor de schuldeisers is dat zij (een deel van) hun vordering ineens uitbetaald krijgen. De schuldenaar lost de lening af aan de (krediet)bank. Voor beide manieren geldt dat alle schuldeisers akkoord moeten zijn met hetgeen zij aangeboden hebben gekregen.


Indien in het minnelijk traject geen overeenstemming wordt bereikt met de schuldeisers, kan de schuldenaar besluiten om een wettelijke schuldsanering aan te vragen (eventueel in combinatie met een verzoek aan de rechtbank het aangeboden akkoord dwingend op te leggen aan de schuldeisers).

Hij dient daartoe dan een verzoek (vastgelegd in artikel 284 Fw ., eventueel in combinatie met een verzoek ingevolge artikel 287a Fw ) in bij de rechtbank in het arrondissement waaronder hij ressorteert.

Een dergelijke aanvraag moet vergezeld gaan van een verklaring (inhoud volgens artikel 285 Fw ) van de gemeente dat een buitenrechtelijke (minnelijke) schuldsanering niet mogelijk is, evenals van een overzicht van de financiele situatie van de schuldenaar.